Drie thema’s staan bij IMOSS centraal als het gaat om het maken van goede plannen. ‘transformatie van de stad’, ‘duurzame gebiedsontwikkeling’ en ‘verblijven en verbinden’. In de ontwikkeling van de kop van de Hoef komen deze thema’s overduidelijk samen.
De Kop van de Hoef is gelegen in de Hoef West, één van de belangrijkste transformatiegebieden in de gemeente Amersfoort. De Hoef west is nu een groot kantoorgebied, met een eigen intercity station, Amersfoort Schothorst. In de toekomst wordt er ruimte geboden voor circa 2500 woningen, binnen zowel nieuwbouw als in bestaande panden. Ook het behoud van arbeidsplaatsen is een speerpunt, er blijven minimaal 5000 mensen werken.
In het gebied zijn een aantal ontwikkelaars en grondeigenaren actief. IMOSS werkt namens Hagedoorn Ontwikkeling aan de ‘kop van de Hoef’, deze vormt vanaf het spoor (vanuit Zwolle) en vanaf de Hoefseweg zelf (vanuit Vathorst) de entree van de Hoef West en neemt onder andere daarmee een belangrijke positie in. Daarnaast is het één van de grotere ontwikkellocaties, in de huidige modellen wordt uitgegaan van circa 500-600 woningen. Concreet betekent dit ongeveer 200 tot 250 woningen per hectare, ofwel zorgvuldigheid is cruciaal, met name met dit soort dichtheden.
Daarnaast biedt de locatie zelf de nodige uitdagingen. De spoorlijn Amersfoort Zwolle ligt langs de locatie. Naast het nodige geluid hebben we hier te maken met een zogenaamde Plas-Brand zone (externe veiligheid). Wij vinden dat bepaalde belemmeringen niet moeten leiden tot allerlei puur technische oplossingen, maar juist onderdeel moeten vormen van het ruimtelijk concept en daarmee een bijdrage leveren aan de kwaliteit van het plan. Het is juist een kans in plaats van een probleem. Ook eindigt de locatie in een punt, slim omgaan met bouwblokken, woontypologiën en binnenruimtes bood hiervoor de oplossing. Doordat we constant ontwerpen, tekenen en rekenen werd het mogelijk om het plan altijd te testen op haalbaarheid.
Het concept gaat uit van de gewenste kwaliteit op ooghoogte. Wij geloven er in dat een goed plan begint bij de beleving van de gebruiker. Zowel binnen als buiten het gebouw. De menselijke maat en schaal was uitgangspunt, wat er toe geleid heeft dat de ambitie wat betreft de plint, maar ook maaiveldinrichting hoog is. Het plan gaat uit van heldere straatjes en pleintjes vanaf de Hoefseweg, richting het spoor met een combinatie van groene en doorwaardbare binnengebieden. Het parkeren wordt grotendeels in een (half verdiepte) bak georganiseerd, maar wel tegen het spoor aan. Hierdoor ontstaat de ruimte om de volle grond voor planten en bomen te gebruiken en een klimaatadaptieve inrichting te garanderen. Daarnaast vormen deze groene hoven fijne verblijfsplekken voor bewoners.
Qua massa wordt er gezocht naar een heldere beeldentaal die bestaat uit een viertal blokken, met op belangrijke punten een accent. Dit accent is deels is in hoogte, maar bestaat ook uit de verbijzondering van de architectuur, waaronder de punt. Om de massa te breken krijgt het geheel een verticale parcellering mee, waarbij deze tot aan maaiveld wordt doorgezet. Ook worden er zoveel mogelijk voordeuren en entrees aan de straatzijdes georganiseerd.
Een complexe factor is de plasbrand zone. Deze gaat uit van een mogelijk plasbrand incident. Dit incident kan plaatsvinden wanneer brandbare stoffen lekken bij bijvoorbeeld een treinongeval en in de brand vliegen. Dit veroorzaakt extreme hitte en een explosie waarmee bijvoorbeeld standaard glas springt of smelt. Ter voorkoming hiervan hebben we de locatie voorzien van een geluidswand welke ook als plasbrand buffer dient. Langs deze wand loopt aan de spoorzijde een geul met een bepaalde breedte en diepte waardoor de plasbrand snel afvloeit en dooft. Het doven gebeurd doordat de geul bepaalde breedte en diepte maten heeft waarmee het zuurstof ontnomen wordt. Deze oplossing is inmiddels goedgekeurd door de veiligheidsregio.
Op dit moment zijn we met Rijnboutt en M3H Achitecten druk bezig met de eerste uitwerkingen, waarmee we openbare ruimte zo zorgvuldig mogelijk laten aansluiten op de architectuur.